Mist op de Eese

Voor zondagochtend was er mist voorspeld. Mist komt minder vaak voor dan vroeger, lees daarover op deze site. Omdat we niet vaak meer mist hebben besloot ik ervan te profiteren.

Ik reed naar landgoed de Eese en parkeerde de auto achter de werkschuur. Zie Google Maps.

De natuur kreeg door de mist een haast feeërieke sfeer. In die paar uur ben ik geen mens tegengekomen.

Ik had de wandelschoenen aan, maar ik had beter mijn laarzen aan kunnen doen.

Halverwege mijn wandeling zag ik zonneharpen. Dat was een cadeautje. Zonneharpen ontstaan door verstrooiing van zonlicht door vochtige lucht.

Tussen het bladerdek stond een eenzame paddenstoel. Om te laten zien hoe groot deze was heb ik er een camera naast gelegd. Volgens Obsidentify is het Eekhoorntjesbrood. Deze kan wel 30 cm groot worden. Ik had deze keer geen macro-objectief meegenomen. De tweede en derde foto heb ik gemaakt met een groothoekobjectief gemaakt. Ik vind het wel een leuk resultaat. De roze paddenstoel is een heksenschermpje. Op de derde foto staan twee geschubde inktzwammen.

Tijdens de wandeling werd de mist dunner en was er steeds meer blauwe lucht te zien. Lang duurde dat niet, aan het einde van mijn wandeling had de mist het weer gewonnen van de blauwe lucht.

Stripboek Elsje

In dit bericht schreef ik over de Jurk in museum Kaap Skill. Na de indrukwekkende rondgang bij de Jurk pauzeerden we met een kopje cappuccino en wat lekkers.

Het was druk in het restaurant van het museum. We konden alleen nog een plekje vinden bij een groepje mensen aan een grote tafel. Al snel kregen we in de gaten dat er wat bijzonders aan de hand was. Er lagen stripboeken. Ze hadden het over de Jurk. Ter plekke googelden we naar ‘Elsje’. We ontdekten dat schrijver, Eric Hercules en tekenaar, Gerben Valkema van deze strip naast ons zaten.

Al snel kwam ons ter ore dat Eric en Gerben die middag het eerste exemplaar van ‘Elsje – De gezonken jurk’ aan de burgemeester van Texel zouden overhandigen. Het verhaal over Elsje en de Jurk is een vrije interpretatie.

Belangstellenden konden een stripboek kopen en laten signeren door Gerben Valkema. In de rij voor het signeren stond o.a. de duiker, Teunis van den Bor en regisseur, Arnold van Bruggen. De foto is met toestemming gemaakt. Ik heb uiteraard ook een gesigneerd exemplaar gekocht, ook al was het maar voor de foto. 🙂 Zie ook de site van NH nieuws.

De Jurk

Tijdens de midweek op Texel zaten mijn man en ik de eerste dagen in een hotel. De tweede helft verbleven we bij mijn zus en haar vriendin in een vakantiehuis. Op een ochtend gingen de dames naar Museum Kaapskil in Oudeschild.

We starten onze rondgang bij de tentoonstelling ‘Schip in Zicht- De Reede van Texel en de Wereld’. Met behulp van bewegende beelden komt de Reede van Texel tot leven. Aan ’s werelds grootste maritieme maquette is een dimensie toegevoegd. De verborgen verhalen over de 160 schepen worden dankzij nieuwe technieken zichtbaar. Ze laten zien dat de Reede van Texel hèt logistieke knooppunt van de zeventiende eeuw was. Bron is deze pagina.

Hoe mooi De Reede ook was weergegeven, daar kwamen we uiteindelijk niet voor. Wij kwamen voor de opgedoken stukken van het Palmhoutwrak.

In 2010 werd voor het eerst melding gemaakt van het Palmhoutwrak. Het wrak lag in de Waddenzee ten oosten van Texel. In de zomer van 2014 bleek het wrak zodanig vrijgespoeld te zijn dat sportduikers er vondsten uit konden halen. Naarmate er meer zand van het wrak spoelde, werden meer objecten gevonden.

De duikers haalden verschillende kapotte kisten met onder andere textiel, pronkzilver en luxe gebruiksvoorwerpen boven water. Alles van zodanige kwaliteit en exclusiviteit, dat zeker is dat de eigenaar uit de hoogste sociale klasse afkomstig was. Uit onderzoek is gebleken dat het Palmhoutwrak vermoedelijk een Nederlandse koopvaarder was. Het schip had in ieder geval lading uit de Middellandse Zee aan boord toen het rond 1660 zonk.

Er is heel weinig textiel uit de 17e eeuw bewaard gebleven en het wordt nauwelijks in scheepswrakken aangetroffen. Textiel vergaat namelijk meestal als eerste. Als er al textiel in een wrak wordt gevonden, gaat het eigenlijk altijd om kleine flarden van wollen zeemanskleding. Het feit dat het textiel uit het Palmhoutwrak nog grotendeels intact is, maakt met name deze vondsten zo uniek.

De vondsten liggen tentoongesteld in speciale zuurstofvrije vitrines. De ruimte is voor de sfeer en voor het behoud van de kledingstukken donker gehouden met uitzondering een aantal spotjes. Foto’s maken mocht, maar dan zonder gebruik van flitslicht. De ISO moest dus flink omhoog en dat zie je terug in de kwaliteit van de foto’s.

De waarde van de vondst kwam pas boven water toen Corina Hordijk, directeur van museum Kaap Skil, werd uitgenodigd voor een barbecue bij de Texelse duikers. Ze zag achter de tafel met hapjes een jurk hangen. Ze had niet gedacht dat er een zijden 17e-eeuwse jurk was opgedoken. Het is de mooiste archeologische watervondst die er is. En dat terwijl de duikers er in eerste instantie zelf luchtig over deden. Met de tuinslang werd het historische kledingstuk afgespoeld en op de straatstenen te drogen gelegd…

De ontdekking op die bewuste avond volgde een periode van juridisch getrouwtrek. Dat de ontdekking van het Palmhoutwrak niet alleen maar vreugde heeft gebracht, maar ook een vloek is geworden voor de Texelse duikers dat is te zien in een documentaire. Op deze site kun je erover lezen. De documentaire van regisseur Arnold van Bruggen is hier te zien.

De vondst en de tentoonstelling van de schatten legt museum Kaap Skill geen windeieren. Het bezoekersaantal is enorm gestegen…

Wordt vervolgd.

Huis Westerbeek en het Sterrebos in Frederiksoord

Na de fotosessie op de Woldberg ben ik doorgereden naar een ander bos. De dreigende lucht boven de watertoren nabij Tuk beloofde niet veel goeds. Gelukkig moest ik de andere kant op, dus misschien zou ik de dans ontspringen…

Ik reed naar Frederiksoord en dan specifiek naar Huis Westerbeek. Zie Google Maps. Dit eenvoudige landhuis werd rond 1770 gesticht door Jonkheer Nicolaas van Heloma en behoorde tot het voormalige landgoed Westerbeeksloot. Sinds de oprichting van de Maatschappij van Weldadigheid is het in haar bezit. Het landhuis werd van 1821 tot omstreeks 1830 bewoond door Generaal Johannes van den Bosch en zijn gezin.

Tegenwoordig is het in gebruik als kantoor van de Maatschappij van Weldadigheid. Op deze site kun je er meer over lezen. Ik wandelde voor het huis langs en ging via het pad aan de oostkant van het huis het bos in.

Dit zogenaamde Sterrebos is omstreeks 1766 aangelegd door Nicolaas van Heloma. Hij liet het laatste veen in het gebied afgraven en liet veel bomen planten. Ook liet hij wegen aanleggen zoals de weg door Frederiksoord. Het was voor het eerst van mijn leven dat ik een wandeling maakte door dit bos. Ik vond het een verrassend mooi bos. Terwijl ik de stroompjes fotografeerde passeerde mij een koddig hondje.

Sterrebossen kwamen in de 18e eeuw in opkomst. Ze werden aangelegd als wandelbos bij een voorname woning om het geheel een hogere status te geven. In onze tijd noemen we het een productiebos. De laanbomen werden gebruikt voor masten en gebinten. Het hout in de percelen diende als timmer- en brandhout.

Ik was op zoek naar bomen in herfsttooi. Dat viel nog flink tegen. Totdat ik bij een bosrand kwam die prachtig werd beschenen door de zon. De herfstkleuren vlamden me tegemoet. Nadat ik de eerste foto had genomen wandelde ik verder en kwam uit bij ponyclub en rijvereniging ´Generaal van den Bosch´. Volgens mij kan de paardenrijbak voorlopig niet gebruikt worden…

Het Sterrebos diende vroeger ook als jachtgebied, voor de voedselvoorziening. Vanuit de kom (het centrum) kon het wild op de acht lanen (de stralen van een ster) goed worden bejaagd. Het Sterrebos van Frederiksoord heeft als enige een ‘natte kom’ als drinkplaats voor het wild.

Na de wandeling door het Sterrenbos reed ik terug naar huis. Onderweg zag ik de lucht prachtig kleuren. Ik reed daarom ons huis voorbij en parkeerde de auto op de brug over de Linde. De zon was net onder, toch kon ik nog een mooie lucht met weerspiegeling meepakken.

Herfst op de Woldberg

Zaterdagmiddag was het dan eindelijk droog en was het een dag waarop ik ook in de gelegenheid was om op stap te gaan met de camera’s. Ik koos voor het bos op de Woldberg. Zie Google Maps

De Woldberg is de noordelijke punt van het boogvormige stuwwalcomplex van Steenwijk. Deze stuwwalcomplex is ontstaan tijdens de voorlaatste ijstijd. De Woldberg is met zijn 26 meter een opvallende heuvel in het vlakke Steenwijkerland. Op het hoogste punt heeft men een 24 meter hoge uitkijktoren geplaatst. De uitkijktoren is te zien als je over de A32 rijdt. De groene uitkijktoren prijkt aan de horizon op onderstaande foto.

Aan de dreigende lucht op bovenstaande foto is wel te zien dat ik het niet droog heb gehouden. Gelukkig stonden er genoeg bomen om onder te schuilen. Het bladerdek was op vele plaatsen nog verrassend groen.

Toen ik een eindje verder wandelde kwam ik langs enorme bomen in herfsttooi. Het gekleurde tapijt maakte het herfstplaatje compleet.

Het lukte om een verzameling paddenstoelen en zwammen te scoren. Ik gebruikte het macro-objectief om ze vast te leggen. Met hulp van Obsidentify heb ik het volgende lijstje samengesteld.

  1. echte kopergroenzwam
  2. amethistzwam
  3. zwavelkopjes
  4. paarse knoopzwam
  5. mycena, onbekend
  6. graskleefsteelzwam

Na de wandeling op de Woldberg ben ik doorgereden naar een volgend bos. Onderweg zag ik een dreigende lucht en een kleine maar felgekleurde regenboog.

Koolmees neemt een bad

Een koolmees nam een bad in onze voortuin. Vanachter het raam fotografeerde ik het badritueel. Waterdruppels vlogen alle kanten op. Net op het moment dat ik dacht dat de koolmees klaar was dook hij weer in het water. De tweede keer ging de turbo erop…

Een dag of wat later werd ik wederom getrakteerd op een mooie badbeurt. Deze koolmees ging nog driftiger tekeer dan de vorige. Mijn sluitertijd kon het amper bijbenen…

Paarse strandloper en steenloper

Ik ben gistermiddag en vanochtend uren in de natuur geweest. Die foto’s moet ik nog klaarmaken. Die series volgen nog. Nu gaan we eerst nog weer naar Texel want die series staan al in concept klaar…

Na de fotoserie van de sneeuwgorzen en de meeuwen ging het feestje op de Eierlandse Dam nog even door. Op de grote basaltblokken scharrelde een paarse strandloper. De paarse strandloper is heel kenmerkend met zijn gele poten en donkere, in de winter paarsbruine kleed. Een sterk aan de kust gebonden soort. Hoewel de naam anders doet vermoeden vind je deze niet op het strand. Hij zit alleen op basaltblokken langs dijken, pieren en strekdammen.

De paarse strandloper trekt vaak op met steenlopers. Dat is ook te zien op onderstaande foto’s.

Op onderstaande foto’s foerageren de beide soorten op een rotsblok. De golven slaan over de rots en laat zo voedsel achter. De vogels pikken dat dan snel op.

Eierlandse Dam, zilvermeeuw en kokmeeuw

In dit bericht schreef ik over de sneeuwgorzen die ik gefotografeerde op de Eierlandse Dam op Texel. Zie Google Maps.

De Eierlands Dam is een strekdam in zee. Door deze strekdam wordt de sterke stroming afgebogen met als gevolg dat aan beide zijden van de dam nieuw strand ontstaat. Bij eb is het strand bij de vuurtoren bijna een kilometer breed. Het breedste strand van Texel. Zie deze site voor een filmpje over de aanleg van de dam.

Ik wandelde verder over de strekdam richting de Noordzee. Daar trof ik een aantal zilvermeeuwen in diverse verschijningen. De zilvermeeuw kent vier leeftijdsgroepen waarbij het verenkleed verschilt per levensjaar. Op de derde foto staat een volwassen zilvermeeuw. Op de site van Waarneming kun je lezen hoe lastig determinatie kan zijn.

Naast de Dam stond in ondiep water een kokmeeuw. In winterkleed ontbreekt de bruine kap. Aan weerszijden van de kop blijft een donker vlekje over, het lijkt net een koptelefoontje.

De kringen in het water verraadde het ritmisch trappelen. Ondertussen tuurde de meeuw naar het opdwarrelende zand en beweging in het water. En dan een snelle duik, weer een hapje bemachtigd… of niet.

Is onze vijver leeggegeten door een…?

Dit najaar bleef het blad langer groen en duurde het langer voordat het blad begon te vallen.

Ik was deze herfst ook verlaat met het spannen van het vijvernet over de vijver. Afgelopen weekend was het dan toch zover. De vijgenboom laat nu ineens de bladeren en vijgen volop vallen. Ik was net op tijd.

En na de vijgenboom volgt nog de magnolia en de krulhazelaar.

Er zwemmen in onze vijver veel vissen, beter gezegd, er zwommen veel vissen. Deze vissen hadden we al jaren, sommige waren wel 20 cm groot. Toen we thuiskwamen na de zomervakantie was er geen vis meer te bekennen. Er kwam wel regelmatig een blauwe reiger op bezoek, maar die kon niet meer op de rand van de vijver foerageren.

Ook de ringslang, die onze zoon ontdekte in het weekend voordat we op vakantie gingen, hebben we nooit weer gezien. We stonden voor een groot raadsel…

Totdat ik zondag in de dorpskrant het volgende bericht las. Onder het artikel stond een foto die was genomen met een wildcamera.

Dat was nu ook niet weer niet de bedoeling: dat de otter die met zoveel kosten en moeite weer tot ‘leven’ was gewekt ook zou gaan roven in de siervijvers van een aantal inwoners van ons dorp. Kennelijk waren de vissen in de Weerribben beneden zijn/haar stand. Voor alle duidelijkheid, ons dorp is niet het eerste dorp waar het gebeurde. Voor de dorpsgenoten waar de kostbare siervissen te pakken zijn genomen is het een sneu verhaal…

Het zou dus kunnen dat de otter ook bij ons is wezen buurten…

Per dag eet de otter ongeveer een kilo voedsel. De otter eet voornamelijk vissen (zo’n 80-90%), zoals paling, baars, zeelt, pos, blankvoorn, snoek en karper. Hij eet verder ook kikkers, ringslangen, watervogels, ratten, woelrat, muskusrat, rivierkreeften, wormen en kevers.

Sneeuwgors

We zijn nog op het strand bij de vuurtoren van Texel. Zie dit bericht voor de foto’s en wie ‘we’ zijn.

Na de fotoserie van de strandleeuwerik zagen we nog een bijzonder en mooi vogeltje namelijk de sneeuwgors. Ook dit vogeltje had ik voorbij zien komen op Waarneming. Het was een feest om dit vogeltje te zien.

Toen we daar stonden landde er een groepje sneeuwgorzen op de Eierlandse dam. We gingen op de buik op de stenen liggen en begonnen te fotograferen. Al foeragerend kwamen de mooie vogeltje steeds dichter naar ons toe. Wat een feest!

Sneeuwgorzen broeden in kale, rotsige gebieden langs de Noordelijke IJszee, Noord-Amerika, Scandinavië en de bergen van Schotland. Ze broeden in de korte zomerperiode in het poolgebied slechts eenmaal. Sneeuwgorzen komen naar Nederland toe om te overwinteren. Ze zijn dan te zien langs de Nederlandse en Belgische kust. De grootste groepen worden vooral gezien in het oostelijk Waddengebied. Ik vind dat iedere keer weer bijzonder om te lezen wat voor enorme afstanden vogels afleggen om elders te overwinteren.

De mannen die ik daar toevallig trof waren bezig met het maken van een podcast. Zo nu en dan praatten ze in een microfoontje wat om hun nek hing. Na afloop van deze fotosessie vertelden ze waar ik hun podcast zou kunnen vinden. Hun podcast heet: ‘Tjif en Tjaf’. Deze is hier te vinden. Ze zijn schijnbaar niet zo snel met het uploaden van een nieuwe podcast want de sneeuwgors staat er nog steeds niet op…