Na mijn wandeling in het Fochteloërveen, waar ik de fotoserie maakte van een torenvalk met een levendbarende hagedis, reed ik door naar natuurgebied de Dellebuursterheide. Ik wandelde richting de Catspoele – sinds een paar jaar een van mijn favoriete plekjes. Onderweg stond ik even stil bij dat mooie optrekje op een schitterende locatie.

Op die plek fotografeerde ik met mijn telelens een klein geaderd witje – mijn eerste vlinder die ik dit seizoen vastlegde. Veel tijd kreeg ik niet, want na één foto fladderde het vlindertje alweer verder naar de volgende bloem.

Vanaf de vlonder keek ik uit over de Catspoele. Zoals altijd liet de dodaars van zich horen. Meestal zwemmen ze aan de overkant van de plas, maar dit keer kwamen ze iets dichterbij. Toch blijft het voor mijn autofocus een uitdaging om zo’n overwegend bruine watervogel scherp te stellen tegen de bruine weerspiegeling van de bomen langs de oever.

Op een rietstengel vlak voor de vlonder hing een bruine winterjuffer. Wat deze soort zo speciaal maakt en waarom hij “Winterjuffer” heet komt door zijn unieke gedrag in de winterperiode. De meeste libellen en juffers leven maar één seizoen als volwassen dier (imago) en sterven voor de winter begint. Maar de bruine winterjuffer overwintert juist als volwassen dier. Dat is zeldzaam bij libellen. In de herfst zoeken ze een beschut plekje op, vaak tussen dorre grassen of bladeren, en brengen daar de winter door in een soort rusttoestand.

Pas in het voorjaar worden ze weer actief, paren ze en zetten ze hun eitjes af. In Nederland is de bruine winterjuffer jarenlang zeldzaam geweest, maar hij is de laatste decennia bezig met een opmars, mede door klimaatverandering. Mildere winters helpen ze namelijk beter te overleven.

Wordt vervolgd.