Eerder op de dag waren mijn man en ik samen bij het Haventje van Sil; toen was het nog vloed. Later op de dag besloot ik bij eb nog eens terug te gaan, in de hoop andere vogels te zien, misschien zelfs wat dichterbij terwijl ze foerageerden. Samen met de twee onbekende dames nam ik plaats op het bankje aan het uiteinde van de pier. In stilte genoten we van het uitzicht en de ontelbare vogels op het Wad.

Door een reactie van Pedro kwam ik op het idee om hier te vertellen waarom deze haven het Haventje van Sil wordt genoemd. De haven is vernoemd naar Sil Boon, de schipper van De Vriendschap, de boot die jarenlang tussen Texel en Vlieland voer.
De oorspronkelijke haven van Cocksdorp werd ooit aangelegd voor de aanvoer van bouwmateriaal. Nadat de polder van Eierland was drooggevallen, kreeg de haven een nieuwe functie: die van thuishaven van de postboot naar het Posthuys. Toen deze dienst stopte, raakte de haven langzaam in verval. In de jaren tachtig en negentig knapte strandjutter en reder Sil Boon de noordelijke aanlegsteiger weer op. Zo kreeg de haven zijn naam én een tweede leven.

Wat ik al had gehoopt, gebeurde: een grote groep smienten kwam al foeragerend steeds dichterbij.


Ze deden zich tegoed aan de rijkgevulde dis, met zeewier als hoofdgerecht.


Tussen de smienten foerageerden de wilde eend en de wintertaling.


Een smient en een groep bergeenden in vlucht.

