De Stelling in Koehoal

Jan en ik reden in een rustig tempo over de Sédyk nabij de Waddenkust naar het oosten. Vanuit de auto zag ik een gebouw tegen de dijk aangeplakt. Het leek me goed om hier weer een stop te maken en dit gebouw van dichtbij te bekijken.

Het bleek te gaan om een bunker wat onderdeel was van Stelling Koehoal. De stelling maakte deel uit van de Duitse luchtverdediging. De stelling bestond in totaal uit 4 bunkers, 3 stenen gebouwen, een grote houten barak, parkeerterreinen, wachtposten, een geschutsplateau voor 4 stuks artilleriegeschut aan de zeekant van de zeedijk. Het gehele gebied was afgezet met een prikkeldraadversperring en landmijnen. Alleen deze bunker bleef behouden. De informatie wat op het bord naast de bunker stond vermeld is ook te lezen op deze site.

We fotografeerden de bunker vanaf diverse kanten. De bunker was gesloten. Uiteraard gluurde ik wel via de ramen naar binnen.

Ook hier liepen veel schapen op de dijken. Ik had jullie nog niet verteld dat het daar wel flink stonk naar schapenstront. Zelfs tot in de auto. Dat laatste kan natuurlijk gekomen zijn doordat we er met onze wandelschoenen per ongeluk in waren gestapt…

Het beeld van de Waadfisker

Na de stop bij de makke schapen reden Jan en ik verder over de Sedyk naar het noordoosten. De volgende stop was bij het beeld van De Waadfisker (Wadvisser) nabij buurtschap Koehool. Zie Google Maps. Dit bronzen beeld herinnert aan de tijd dat er hier naar haring werd gevist.

De visserij zoals die van Zurich tot Zwarte Haan plaatsvond, werd de regelvisserij genoemd. Men viste op haring met fuiken, die in een lange rij (regel) dwars op de zeedijk achter elkaar stonden. Met het woord regel werd ook de gemeenschap van vissers aangeduid, die op deze wijze gezamenlijk op haring visten. De enkele kilometers lange rij netten belette de langs zwemmende scholen haring in het voorjaar de doortocht naar hun paaiplekken in de Zuiderzee. Zo staat er vermeld op het informatiebord.

Vissen gebeurde toen en ook nu nog op twee verschillende manieren. De eerste manier is dat men de vis actief opzoekt, het gaand want. De tweede manier is waarbij men de vis afwacht, het staand want. De haringvisserij zoals dat in het noordwesten van de provincie Friesland werd gedaan was dus met een staand want, ook wel regelvisserij genoemd. Op deze site kun je er alles over lezen.

Op internet vond ik treffende foto’s uit die tijd. De foto’s zijn gemaakt door een fotograaf van het weekblad Fen Fryske Groun (Van Friese bodem). Bron is deze site.

Maar nu weer terug naar het bronzen beeld van de Waadfisker onderaan de Waddendijk.

Ik heb het beeld van dichtbij aan alle kanten bekeken. Daarbij had ik gezelschap van een spinnetje die zijn webdraden spande tussen de armen van de visser.

Krachtig, markant, doorleefd…