Eigenlijk heb ik best wel veel lievelingsvogeltjes. De pimpelmees hoort daar ook bij.

Eigenlijk heb ik best wel veel lievelingsvogeltjes. De pimpelmees hoort daar ook bij.
In onze voortuin zit regelmatig een grote bonte specht tegen de stam van de perenboom geplakt.
De specht zit daar niet zomaar er valt daar wat lekkers te halen…
De specht heeft namelijk de doppinda´s ontdekt.
Met name vroeg in de ochtend worden de doppinda´s belaagd door de specht. Tijdens het timmeren zijn de ogen van de specht gesloten.
In het verleden heeft de specht al eens zijn intrek willen nemen in het nestkastje. Om die reden heeft een specht de ingang flink vertimmerd. Toch past de specht er nog niet door.
De heggenmus foerageert niet op voederplankjes, niet in voederhuisjes, hangt niet aan vetbolletjes en aan pindanetjes en snoept niet van de pindakaas. Nee, de heggenmus scharrelt onopvallend op de grond zijn kostje bij elkaar. Speciaal voor de heggenmus strooien we op de grond gedroogde meelwormen en kleine zaden.
Tijdens de winterse dagen was het zaak om goed voor de vogels te zorgen. Er was voldoende voer aanwezig. Het ijs in de vogeldrinkbak werd regelmatig vervangen door lauw water. De meeste vogels gebruikten het als drinkwater. Maar ondanks de kou nam de merel een uitgebreid bad. Op dat moment begin het water al weer te bevriezen. Het ijswater spetterde alle kanten op.
Met de komst van kouder weer hebben we ook de vogelvoederplaatsen weer voorzien van voer. Op een zonnige ochtend streek er een grote bonte specht neer op de voederplaats.
Vanuit de woonkamer maakte ik een fotoserie. Er zat voor meneer en mevrouw Huismus niets anders op dan zich te behelpen met de kruimeltjes op de rand van de voederplaats.
De specht liet hier nog mooi even het rode ‘keppeltje’ zien.
De voederplaats is afgeschermd in verband met de grote graaiers zoals eksters en kraaien. Ze zijn in staat om de voederplaats binnen een paar minuten helemaal leeg te eten. Door de overkapping kunnen we dat voorkomen. De grote bonte specht past wel door de mazen van deze overkapping. We zijn er inmiddels achter dat je ook de specht best tot de groep van grote graaiers kunt rekenen…
In onze tuin zijn meerdere vogelbadjes aanwezig. Zo hangt er in onze voortuin een vogelschaal aan de sering. Op een mooie dag midden november ging er een roodborstje in de schaal zitten.
Hoewel ik consequent de vogelbadjes verschoon vergeet ik deze schaal nog wel eens. In de schaal zat oud water en er dreven allemaal blaadjes in. Dat leek het roodborstje niet te deren. Het vogeltje nam een uitgebreid bad. Ik had de spiegelreflexcamera met het 100-400 zoomobjectief bij de hand. Vanachter het raam maakte ik een fotoserie.
Ik had de ISO opgeschroefd naar 1250 zodat ik een korte sluitertijd kon bewerkstelligen
Bij een aantal foto’s bleek de sluitertijd nog niet kort genoeg, soms ging het roodborstje nog sneller dan de sluitertijd van 1/640…
Op een ochtend hoorde ik gekwetter van vele spreeuwen in de perenboom in onze voortuin. Het is de tijd van het jaar dat de spreeuwen de rijpe peren plunderen die nog boven in de boom hangen. De perenboom werd voor een deel beschenen door de ochtendzon. Dat leek mij een goed moment om de camera ter hand te nemen. Vanuit de slaapkamer, door het raam, maakte ik een fotoserie. Net als huismussen leven spreeuwen in een groep. Dat doen ze voor de veiligheid want meer ogen hebben de vijand sneller in beeld. Ze vliegen samen en foerageren ook samen. Dat betekent wel dat er dan gedeeld moet worden. Als er één peer in trek is bij meerdere spreeuwen dan volgen ze het First in, First out principe. Kennelijk werkt dat goed…
Na die fotosessie in de vroege ochtend was het urenlang stil in de perenboom. Rond de middag kwamen ze weer. Ik koos er ditmaal voor om een fotoserie te maken vanaf het balkon. Ik moest me daarbij wel heel voorzichtig bewegen want anders ging de zwerm er snel vandoor. Als de spreeuw niet in de zon zit heeft de spreeuw een ‘saai’ verenkleed. Echter als de zon erop schijnt komen de mooiste kleuren tevoorschijn. Dit heet iriserende kleuren. Dit verschijnsel komt veel voor in het dierenrijk. Er is al veel onderzoek gedaan naar de functie van dit verkleuren. Behalve de functies communicatie en camouflage heeft het nog meer functies. Op deze interessante site van EOS Wetenschap kun je er meer over lezen.
De druiven zijn geplukt door kennissen en wat was nog blijven hangen is opgegeten door de merels. Evenals de appel-, peren- en walnotenoogst was ook dit een rijke oogst.
Op een mooie herfstdag scheen de zon op de bladeren van de druif. Mooi om te zien hoe wonderlijk de bladeren verkleuren. Bijna symmetrisch kleurt het rood vanaf de buitenkant naar het midden van het blad.
In onze tuin staat een enorme walnotenboom. De vorige eigenaar heeft een walnoot geplant en daar is deze boom uit voortgekomen. Wij wonen bijna 30 jaar in dit huis, de boom zal pakweg 50 jaar oud zijn. We zijn blij met deze boom om diverse redenen. Behalve de productie van walnoten houdt de boom in de zomer de muggen op afstand. En bij zonnig weer met hoge temperaturen geeft het bladerdek schaduw aan onze kippen die eronder scharrelen.
Dit jaar hadden we een goede walnotenoogst. Dit verschilt per jaar. Onder de boom lag het bezaaid met walnoten. We raapten ze dagelijks en hadden er dagen bij met een opbrengst van wel 160 noten. De walnoten liggen te drogen op een droogloopmat in de garage. Een kennis heeft net als eerdere jaren walnoten gehaald. Ze maakt er walnotentaarten van. Volgens haar bestaan er geen lekkerdere walnoten dan die van de ‘eigen’ boom…
De walnotenboom staat van april tot en met mei in bloei, dus dan kan er een bevruchting plaatsvinden. Een walnotenboom heeft mannelijke en vrouwelijke bloemen. In theorie kan een walnotenboom met zijn eigen bloemen voor een bevruchting zorgen, maar de katjes en trosjes bloeien niet tegelijkertijd, waardoor je toch een andere walnotenboom nodig hebt voor de bevruchting. Het stuifmeel van de katjes bereikt de vrouwelijke bloementrosjes dankzij de wind. Toen ik dit verhaal las was ik verbaasd over het grote aantal vruchten aan onze boom, er staat namelijk geen andere walnotenboom in de buurt.
De walnoot zit met zijn houtachtige bruine schaal in een groene ronde vrucht. Deze groene ronde vrucht wordt ‘bolster’ genoemd.
Direct na de bevruchting begint de walnoot te groeien. De noot zit dan al in de bolster. Na ongeveer 3 maanden is de walnoot volgroeid. Eind september / begin oktober zal de binnenkant van de bolster veranderen. Het weefsel tussen de bolster en de noot zal bruin worden, zodat de bolster niet meer vastzit aan de noot. Halverwege oktober zal de bolster opensplijten en de walnoot (dus noot met schaal) eruit vallen.
Walnoten die op de grond vallen zijn rijp voor consumptie. Meestal zitten er nog wel stukken van de bolsters vast aan de walnoot. Het is wel belangrijk om de walnoten snel te rapen want anders zitten ze al snel vol met schimmels. Er liggen ook leeggegeten walnoten op andere plaatsen in de tuin…
Eksters, kraaien en roeken zijn dol op walnoten.
Kraaien en roeken hamsteren in de herfst de noten en verstoppen die om ze vervolgens in de winter op te eten. Kraaiachtigen gebruiken bijvoorbeeld het verkeer om de noot gekraakt te krijgen. Ze laten de noten op een drukke straat vallen en blijven wachten totdat er een auto overheen rijdt. Op internet zijn daar filmpjes van te zien.
Met de telelens in de aanslag heb ik meerdere malen verdekt in de tuin zitten wachten op roeken die walnoten kwamen stelen.
Kraaiachtigen zijn slimme vogels. De aanwezigheid van mensen die het op hen ‘gemunt’ hebben ze direct in de gaten. Terwijl ik daar zat met de camera plukten ze de noten uit het zicht, aan de achterkant van de boom. Uiteindelijk heb ik er eentje door het bladerdek op heterdaad kunnen betrappen.
Walnoten hebben veel verschillende gezonde eigenschappen die onder andere goed zijn voor onze hersenen. Niet alleen is de noot echt brainfood, maar hij draagt ook bij aan een goede nachtrust, gewichtsverlies en verlaging van het cholesterol. Zo wordt het in ieder geval gesteld in dit en in dit (niet-wetenschappelijke) artikel. Ik smul in ieder geval dagelijks van de walnoten uit eigen tuin.
Door de droogte in de zomer heeft de verbena er lange tijd armetierig bij gestaan. Door de regen wat viel in september begint deze plant zowaar weer paars te kleuren. Ik weet niet wat de pimpelmezen er weghalen, maar het is vast lekker.
Grappig om te zien wat voor acrobatische kunsten ze uitvoeren om het lekkers te bemachtigen.