Lepelaar met turbo

Vandaag gaan we verder in natuurgebied Delta Schuitenbeek. In deze serie zet ik de lepelaar in het licht.

Ik kon het niet laten om de lepelaars in vlucht te vangen. Deze drie landden in de plas op bovenstaande foto. Op de achtergrond zie je de pijp van het Putter Stoomgemaal.

Het lukte ook een paar solovluchten te fotograferen.

In de plas streek een lepelaar neer. Deze foerageerde in alle rust naast de kieviten.

Een andere keer foerageerde er een lepelaar die regelmatig de turbo aanzette. De lepelaar sprintte door het water met een heuse golfslag en opspattende modder als gevolg. Dat het resultaat had kun je zien aan de mooie buit die in de snavel verdween.

Koereiger, purperreiger en lepelaar

Een paar weken geleden ben ik naar De Auken geweest. Dat is een natuurgebied nabij Giethoorn. Ik was er dit jaar nog niet geweest en vreesde dat ik te laat zou zijn voor het broedseizoen…

De wandeling naar de vogelkijkhut is een hele tippel, maar wel een mooie wandeling. In de vogelkijkhut was ik samen met een medewerker van Natuurmonumenten. Dat trof mooi want hij wist mij alles te vertellen over de broedsuccessen in dat gebied. De nesten liggen aan de overkant van de plas.

Zo broedt daar ook de koereiger. Op de site van Vogelbescherming staat het volgende geschreven… De van oorsprong uit Afrika afkomstige koereiger is één van de zeldzamere reigersoorten in ons land. De aantallen lijken de laatste jaren toe te nemen en in 1998 is voor het eerst met zekerheid gebroed in de Wieden (Overijssel), zonder succes overigens. In 2006 was er een evenmin succesvol broedgeval in de Braakman (Zeeland). Koereigers zijn minder dan andere reigers gebonden aan water, en aan te treffen in weilanden met koeien, paarden of schapen. Ook liften ze graag op de rug van een schaap of koe mee.

De overkant van de plas ligt buiten mijn zoombereik om daar mooie foto’s van te maken. Ik moest het dus hebben van overvliegende vogels. Terwijl ik de lucht goed in de gaten hield landde in een boom op korte afstand van de kijkhut een purperreiger. Volgend de medewerker was het een juveniel die voor de eerste keer van het nest was gevlogen. De purperreiger zocht al fladderend een plekje hoger in de boom. Het geheel ging inderdaad wat stuntelig.

Even later kwam een groep lepelaars in glijvlucht over. Een prachtig gezicht. Dat het in glijvlucht is op een foto te zien omdat ze de vleugels allemaal en dezelfde stand hebben. Deze glijvlucht was vanwege hun aanstaande landing op hun nesten.

En tot slot nog enkele purperreigers in vlucht.

Lepelaars

De lepelaar heb ik leren kennen op Texel… Ruim 40 jaar geleden kreeg ik verkering met mijn huidige man. Zijn ouders hadden toen een stacaravan op Texel. Mijn man kende Texel op zijn duimpje, het was zijn tweede thuis. Voor mij was Texel nieuw. Maar ook ik heb mijn hart verpand aan dit Waddeneiland. Het was in die jaren dat ik de lepelaar leerde kennen. Bij de Horsmeertjes op Texel broedde een kolonie lepelaars. In die jaren gingen we steevast een bezoek brengen aan het uitkijkpunt om met een verrekijker naar de lepelaars te kijken. Ze zaten ver weg en zelfs met een verrekijker zag je niet veel details. Tegenwoordig is het waarnemen van een lepelaar op Texel niet meer uitzonderlijk. Onderstaande lepelaar stond in Waalenburg.

Heel vroeger waren de broedkolonies in Nederland vrijwel alleen te vinden in moerasgebieden op het vasteland. Rond 1900 werd de populatie geschat op ongeveer 1000 paren. Door het overmatige gebruik van pesticiden in de jaren ’50 en ’60 daalde de broedpopulatie drastisch tot minder dan tweehonderd paren. Gedurende de jaren ’70 en ’80 trad er langzaam herstel op. Nu zijn er ruim 2.500 broedparen. De Nederlandse populatie lepelaars is uniek, in andere landen in Noordwest Europa broeden ze nauwelijks. Lepelaars bevinden zich van februari tot september/oktober in Nederland. Via Franse en Spaanse moerassen trekken ze naar winterkwartieren langs de West-Afrikaanse kust (vooral Banc d’Arguin). Lepelaars broeden in moerassige gebieden, dichte rietkragen of moeilijk bereikbare bomen en struiken, maar ook op kwelders.

Deze ouder en jong foerageerden in Waalenburg. Dat het een jong is dat zie je aan de snavel die nog niet is uitgekleurd naar zwart.

Ook zie je regelmatig lepelaars overvliegen. Meestal zag ik ze te laat, want dan waren ze al boven mijn hoofd en op het moment dat ik de camera had gericht waren ze al een flink eind weg. Tot het moment dat ik een groepje lepelaars zag aankomen. Ik was op tijd met mijn camera en 400 mm tele en kon ze op acceptabele afstand fotograferen.

Lepelaar

Het was al niet meer zo vroeg en het weer werkte niet echt mee, toch maakte ik nog een extra rondje in het Dwingelderveld voordat ik op ‘huis’ aan fietste. Bij een ven maakte ik een stop vanwege het mooie uitzicht.

Ik was nog maar net gestopt en toen zag ik dat er een lepelaar door het water scharrelde. Ik was er vanuit gegaan dat de lepelaar direct zou wegvliegen maar dat gebeurde niet, de lepelaar ging rustig door met foerageren.

Met mijn nieuwe aanwinst, het 100 – 400 mm objectief kon ik mooi inzoomen op de lepelaar.

Plotseling onderbrak de lepelaar het foerageren en keek aandachtig rond. En dat bracht mij onderstaande foto. De foto was wat overbelicht en dat heb ik geaccentueerd met behulp van Lightroom. Op die manier maak je de foto net wat anders dan standaard zo las ik in het magazine: ‘Natuurfotografie’.

Ik hoopte dat de lepelaar tijdens het foerageren op een plekje zou belanden waarbij ik een ‘perfecte’ weerspiegeling zou krijgen.

Maar dat viel met de begroeiing in het ondiepe water nog niet mee.

En dan de laatste foto inclusief boeggolf en een ‘gebroken spiegel’.

Lepelaar in de regen

Vanaf de Hogeweg in De Weerribben reed ik naar de Rietweg. De Rietweg ligt tussen de buurtschappen Wetering en Nederland. Daar heb ik een tijd met bewondering naar de dreigende lucht staan kijken. In de verte regende het en rommelde het een beetje.

Bij bovenstaande foto was de blik gericht naar het zuiden. Bij onderstaande foto keek ik naar het noorden.

Op het moment dat de bui losbarstte zat ik in de auto. Een fotograaf bleef staan. Ik ben wel benieuwd wat zijn doel was met deze opnames.

Vanaf de Rietweg reed ik naar vogelkijkhut, de Twitterhut. Vanaf de auto overbrugde ik in een drafje de tien meter naar de kijkhut. Vanuit die hut zag ik in de verte een lepelaar in de regen staan. Toen de ergste regen voorbij was ging de lepelaar verder met het foerageren.

Lepelaar in vlucht in De Auken

Behalve aalscholvers, zilverreigers en blauwe reigers broedden aan de overkant ook lepelaars.

Zoals ik in het vorige bericht al schreef en op bovenstaande foto is te zien, zaten de genoemde vogels ver bij de kijkhut vandaan. De meeste lepelaars zaten verscholen in de bosschage. Na enig geduld kon ik eindelijk een lepelaar vastleggen die zich in volle glorie liet zien. Inclusief het verwilderde kapsel.

Na lange tijd wachten had ik geluk. Een lepelaar steeg op vanaf het nest en vloog voor mij langs.