Een mooie vangst

Op 10 januari maakte ik een fotoserie bij de vogelkijkwand. Bij het archiveren kwam ik erachter dat ik deze fotoserie nog niet had laten zien. De plas was voor een deel bedekt met een dun laagje ijs.

Op grote afstand van de kijkwand lag de plas open.

Na een tijdje streken daar wilde eenden en grote zaagbekken neer. De afstand was alleen te overbruggen met mijn Nikon bridgecamera. De eenden dobberden wat rond. Zo nu en dan doken ze onder om te foerageren.

Plotseling was er reuring op het water. Een mannetje zaagbek had een mooie buit gevangen. Gezien de rode vinnen zou het een rietvoorn kunnen zijn.

De andere zaagbekken waren van mening dat deze mooie vangst wel gedeeld kon worden en zetten de achtervolging in.

Maar de geluksvogel liet zich ‘de kaas niet van het brood eten’. Op de voorgrond drijft een nonnetje. Dit mannetje hield zich wijselijk verre van deze schermutseling.

De bridgecamera stond ingesteld op enkelvoudige opname, daardoor had de AF moeite om de snelle bewegingen helemaal scherp te krijgen.

Vogelkijkhut Catskieker

Vandaag is het vervolg op deze serie. Rond zonsopkomst maakte ik een wandeling in de Catspoolder naar de vogelkijkhut Catskieker. De zon klom steeds hoger en wierp een rode gloed over het dunne laagje ijs.

Ik was daar voor de derde keer en weer viel het me op dat er iets “mis” is met de verhoudingen binnen deze kijkhut. Ik heb daar in januari 2020 ook al over geschreven op mijn weblog. De vloer en het bankje zijn namelijk te laag.

Met mijn 1.71 cm vind ik mezelf geen kleintje, maar toch kan ik niet over de rand heen kijken. Getuige onderstaande foto.

Als ik op mijn tenen ga staan dan heb ik het uitzicht zoals op de foto hieronder. Op de tenen staan houd ik niet lang vol. De opstapjes zijn te smal om daarop het evenwicht te kunnen bewaren. Als ik op het bankje ga zitten zie ik helemaal niets. Ik zal deze punten nogmaals onder de aandacht brengen bij It Fryske Gea, bijvoorbeeld op Twitter.

Een grote groep watervogels heeft met vereende krachten een wak open gehouden.

Ik zag kieviten, wilde eenden, krakeenden, brandganzen, grauwe ganzen, nijlganzen, een soepgans en een blauwe reiger. Maar de blikvanger was toch wel de zilverreiger.