Aan de Hoogeweg

Een paar weken geleden was mijn fotomaatje, Jan na lange tijd weer eens te gast bij ons thuis. Nadat we onder het genot van een bakje koffie hadden bijgepraat in de tuin gingen we op stap. Ons eerste doel was de Hoogeweg. Een week daarvoor had ik daar de Kempense heidelibel gefotografeerd en ik hoopte dat het op deze dag ook zou lukken. Vanaf de parkeerterrein wandelden we richting het witte bruggetje. Onderwijl speurden we naar de Kempense heidelibel. Er was tussen de vorige keer dat ik er was en dit bezoek volop gemaaid. Dat zou de kans op het mooi vastleggen van de libellen wel verkleinen.

Een libel in het plat gemaaide gras is immers minder mooi dan op een rechtopstaande rietstengel of grasspriet. Het had er alle schijn van dat mijn fotomaatje wat interessants op de korrel had. Ik kwam niet verder dan een heidelibel op het maaisel op de grond.

We scharrelden daar nog een tijdje rond, op zoek naar mooie onderwerpen. Ik kreeg een moerassprinkhaan in het vizier. Die had ik dit jaar nog niet gefotografeerd.

Uiteindelijk is het toch nog gelukt om een grassprietje te vinden met daarop een heidelibel. Volgens Obsidentify is het de bloedrode, maar het kan net zo goed de steenrode heidelibel zijn. Voor een goede observatie moet je ze meer van voren vastleggen.

Kempense heidelibel

Vorige week ben ik weer eens naar de Weerribben gereden om te kijken of ik nog bijzondere libellen kon fotograferen. Ik parkeerde mijn auto op een parkeerplaats aan de Hogeweg. Ik genoot van het zicht op een mooie wolkenlucht boven een gemaaid perceel. In nationaal park Weerribben-Wieden wordt er in de zomer volop gemaaid. Door het zomermaaien wordt de groei gestimuleerd, waardoor er voedingsstoffen aan de grond worden onttrokken. Daardoor ontstaat verschraling van de bodem en dat heeft weer tot gevolg dat er andere planten gaan groeien. Dit geldt alleen als er niet wordt bemest. Om bemesting tegen te gaan moet het gemaaide gewas van het land verwijderd worden.

Vanaf de parkeerplaats liep ik richting het witte bruggetje. Bij het plekje met het uitzicht op onderstaande foto sta ik altijd een tijdje stil…

Wandelend langs de weg zag ik al snel libellen vliegen én stilzitten. Sterker nog, zo om de twee meter zat er een libel voor ‘mij’ te poseren. Het was de Kempense heidelibel. Deze zeer zeldzame libel komt alleen voor in de Kempen en in De Weerribben. De Kempense heidelibel stelt hoge eisen aan zijn leefomgeving. De voortplanting gebeurt in ondiepe wateren, die in de winters droogvallen. De overwintering vindt plaats als eitje. Als in het voorjaar het waterpeil weer toeneemt, komen de eitjes uit. Alleen in ondiep water, dat snel opwarmt, kunnen de larven zich goed ontwikkelen. In juli en augustus vliegt de libel uit.

In juli maakte ik deze serie van deze prachtige libel. Ik was blij dat ik ze ook nu nog zag vliegen. Door de zon krijgen de vleugels van de Kempense heidelibel prachtige kleuren. Ik kan daar geen genoeg van krijgen.

Kempense heidelibel

Op de dag dat ik in de Weerribben de zilveren maan fotografeerde zag ik even later langs het pad een Kempense heidelibel vliegen. Ik hield goed in de gaten waar dit vrouwtje zou neerstrijken…

Ik vind dit een van de mooiste libellen, mede door de fijne tekening. Op het achterlijf zitten, op waterdruppels gelijkende, vlekjes. In ons land is deze libel zeer schaars. In Nederland komt de soort met name in en rond de Kempen en in de Weerribben voor. Net over de grens in Vlaanderen ligt een vrij grote populatie. Een groot deel van de Nederlandse waarnemingen heeft waarschijnlijk betrekking op zwervers uit deze Belgische populatie.

Als de zon op de vleugels valt dan komen er mooie kleuren tevoorschijn.

Mijn ervaring is dat de libel zich vrij eenvoudig laat fotograferen. De libel vliegt wel even op maar landt vaak weer op dezelfde plek. Deze fotoserie maakte ik met het 100-400 mm zoomobjectief.

Kempense heidelibel

Tijdens een van mijn zoektochten naar de grote vuurvlinder zag ik plotseling de Kempense heidelibel neerstrijken naast het pad.

Vanaf een afstandje zag dat er zo uit. De libel vloog regelmatig op om vervolgens op hetzelfde plekje weer neer te strijken.

Dat gaf mij de gelegenheid om een beter standpunt te kiezen en om in te zoomen. De zon brak zo nu en dan door de bewolking en gaf de libel prachtige kleurrijke vleugels.

Op het moment dat ik de libel ontdekte stond ik met een vrouw uit Noord-Holland te praten. Deze mevrouw was slechtziend. Ze was dus blij met mijn aanwijzing en deze waarneming. Ik wees haar de plek aan en verder moest ze het hebben van de autofocus van haar camera. Desondanks beleefde ze veel plezier aan de fotografie.

Inmiddels had ik op de achtergrond een geel bloemetje ontdekt en dat gebruikte ik bij het kiezen van mijn standpunt.

De Kempense heidelibel staat op de rode lijst als ernstig bedreigd. Volgens de site van de vlinderstichting komt deze libel voornamelijk voor in Nationaal Park Weerribben-Wieden.

Paringswiel

Een paringswiel van de zwarte heidelibel. Ik heb ze een tijdje gevolgd, maar een fotogeniekere plek zat er niet in.

Dan de bloedrode heidelibellen, die kozen een mooier plekje uit. Gefotografeerd in Woldlakebos in Nationaal Park Weerribben-Wieden.

Vroeg in de Weerribben

Ik heb al vele series hier laten zien die in de vroege ochtend zijn gemaakt. Ik kan er geen genoeg van krijgen. Ik heb tot vorig jaar niet geweten dat het dan zo mooi en stil is in de natuur. Heel toeristisch Nederland ligt dan nog op één oor…

 

 

 

 

Heidelibel met dauwdruppels

Op en ochtend was ik rond 6 uur in De Weerribben. Ik wilde graag libellen met dauwdruppels vastleggen. Hoe goed ik ook keek, ik zag geen libellen en juffers hangen. Ik ‘struikelde’ wel over de slakken, ongekend zoveel. Maar daar was ik niet voor gekomen, want dan had ik ook wel in onze tuin kunnen blijven…

Eindelijk ontdekte ik een libel. Het was alsof de libel bestrooid was met kristalsuiker.

Volgens mij was het een steenrode heidelibel, een vrouw.

Het ziet eruit alsof ze naar mij zwaaide. Ze was echter bezig met het droog poetsen van haar koppie.

Het zou niet lang meer duren totdat ze beschenen werd door de opkomende zon. Vanaf dat moment zou ze snel opdrogen en kon ze het luchtruim kiezen.

Even later zag ik een andere heidelibel hangen. Vanwege de volledige zwarte poten determineer ik deze als bloedrode heidelibel, een man.

Kempense heidelibel, man

De Kempense heidelibel is ongetwijfeld een van de mooiste heidelibellen. De mannetjes zijn prachtig diep rood gekleurd dat overloopt naar oranje. De vrouwtjes zijn oranje overlopend in geel. Vandaag komt de man in beeld. In de vorige post liet ik de vrouw zien. De vrouwtjes blijven langer zitten en zijn zo beter vast te leggen. De mannetjes zijn veel ongeduriger. Dat vergt dus meer geduld.

De Kempense heidelibel is beduidend kleiner dan de andere heidelibellen en daardoor in vlucht goed te onderscheiden van de andere heidelibellen. Je kunt de soort ook goed herkennen aan de druppelvormige vlekjes op de zijkant van het achterlijf.

Het is een zeer zeldzame soort die in Nederland tot 2012 alleen op enkele locaties in het zuiden van Noord-Brabant gevonden kan worden. Ze zijn jaren lang alleen gezien bij De Plateaux (onder Valkenswaard) en de Ringselvennen bij Budel-Dorpplein. Op deze plekken lijken de aantallen vrij drastisch achteruit te hollen waardoor het onzeker leek of de soort in Nederland te vinden bleef.

In 2012 werd er totaal onverwachts een Kempense heidelibel gezien bij Zwolle en in 2013 is er een spectaculaire nieuwe populatie in de Weerribben ontdekt. Een totaal onverwachts habitat omdat de soort bekend staat om zijn voorkeur voor fluctuerend waterpeil. Ze komen namelijk vooral in de alpen en in visvijvers voor waar er zomers water staat, maar het in de winter droog valt. De hoop is dat deze nieuwe locatie levensvatbaar blijkt.

Ze vliegen voornamelijk in augustus. Bron is deze site.