Waterral

Na de vluchtige ontmoeting met de wezel bleef ik daar nog een tijd staan. Ik hoopte dat de wezel nog een keer tevoorschijn kwam.

Het volgende moment hoorde ik wat plonzen in de plas. Ik dacht aan een meerkoet of waterhoen. Toen ik door de zoeker keek zag ik dat het een waterral was. Dat was de zoveelste verrassing op die ochtend. Ik heb nog nooit een waterral gezien.

De waterral is een wat geheimzinnige, schaarse broedvogel in Nederland. Hij laat zich zelden zien, maar je kan hem wel horen. Uit het moeras klinkt wel eens z’n gegil als een speenvarken. Een deel van de waterrallen blijft het hele jaar in ons land. In de winter langs bevroren rietrandjes zijn ze dan goed te zien. Waterrallen zijn donker gekleurd met een rode lange snavel. Vliegen doen ze zelden bij verstoring, ze verdwijnen liever al lopend uit het gezichtsveld. Bron is deze site.

Als de waterral uit de begroeiing tevoorschijn kwam dan was dat altijd maar heel kort. Binnen een minuut verdween de vogel weer uit het zicht. Tel daarbij de begroeiing op de oever erbij op dan begrijpen jullie vast wel dat het niet meeviel om er fatsoenlijke foto’s van te maken.

Op een bepaald moment kwam de waterral tevoorschijn en ging zich uitgebreid badderen. Het badderen speelde zich af in de beslotenheid van de biezen.

Het was een mooi gezicht.

Na de grondige wasbeurt werd zijn/haar aandacht gevangen door iets wat uit de begroeiing kwam stappen. Er kwam nog een waterral aangelopen.

Dit leek mij een juveniel.

Zeker toen ik ze samen door de zoeker op de korrel had zag ik dat de voorste een ander verenkleed had en iets kleiner was.

Nog een laatste foto van het tweetal en toen vond ik het welletjes. Eenmaal thuis heb ik gelijk de foto’s op de computer gezet en gekeken wat het geworden was. Ik voelde mij een bevoorrecht mens dat ik dit allemaal had gezien en gefotografeerd.

Een wezel

Na de kers op de taart in de vorm van de baardmannetjes kwam er zowaar ook nog een dot slagroom bij….

Uit de oevervegetatie kwam een klein koppie tevoorschijn. We keken elkaar aan, ik greep de camera en begon te fotograferen.

De marterachtige dook weg in de beschutting om vervolgens een eindje verder weer tevoorschijn te komen. Zoiets had ik nog nooit meegemaakt.

Pas op de computer kon ik determineren dat het een wezel was. Niet alle foto’s zijn helemaal scherp, maar in dit geval gaat het om de waarneming.

De rietzanger en de snor

Zoals beloofd blijven we nog even bij de oeverzwaluwwand.

Tussen de biezen scharrelde een rietzanger.

In deze tijd van het jaar zingen de rietzangers niet meer. Ze laten zich alleen nog horen met hun roep. Nog even en dan trekken ze naar het zuiden om te overwinteren ten zuiden van de Sahara, waar de gehele populatie van rietzangers verblijft. Ik kijk nu alweer uit naar hun gezang in het voorjaar…

Even nadat de rietzanger zich had laten zien kwam er een ander vogeltje langs. Dit was voor mij een onbekend vogeltje. Bij het determineren hanteer ik altijd als eerste de app ‘Obsidentify’ daarna ga ik zoeken in de vogelgids. Obsidentify zegt dat dit de snor is.

Ik twijfel of dit wel de snor is omdat ik de avond daarvoor op de Wetering een snor had horen zingen. Die snor zat in een boompje en heb ik op de foto gezet. Die foto is overigens niet goed genoeg om hier te tonen, de snor zat te ver weg. Die snor zag er anders uit dan de snor in deze serie. Nu is het wel zo dat een vogel tijdens het zingen een rechtopstaande, uitgestrekte houding en daardoor groter lijkt.

Het vogeltje vloog naar een ander plekje tussen de biezen. Bij de bovenstaande foto’s zat het vogeltje meer in de zon en bij onderstaande foto’s zat het in de schaduw. Vandaar het kleurverschil.

Obsidentify had het nogal wel lastig met het identificeren. Bij de foto hierboven zei de app dat het een winterkoninkje was en bij de foto hieronder een kleine karekiet. De afgeronde staart op de foto hierboven past bij de snor en niet bij de kleine karekiet. Ook met de uitgebreide ANWB Vogelgids kwam ik er niet helemaal uit. Het valt nog niet mee om een echte vogelaar te worden…

Naschrift: van ‘Hendrika’ kreeg ik een berichtje dat het een snor is. Dank aan Hendrika. 😃

Oeverzwaluwen

Heel vroeg in de ochtend ging ik naar de oeverzwaluwwand nabij buurtschap Wetering in de Kop van Overijssel

Het water was vrijwel rimpelloos wat daar niet vaak gebeurt. Een zilverreiger stond roerloos in het water.

De oeverzwaluwen vlogen af en aan om hun jongen te voeren. De insecten vangen ze hoog in de lucht en vlak boven het water.

Alle hardwerkende oeverzwaluwen ten spijt ga ik in deze serie toch voor die ene visdief die een duik nam en helaas zonder visje weer boven kwam.

Op die bewuste ochtend deed ik enkele bijzondere waarnemingen, daarvoor neem ik jullie de komende dagen nog een paar keer mee naar de oeverzwaluwwand.

Oeverzwaluwwand

In het voorjaar en in de zomer neem ik regelmatig een kijkje bij de oeverzwaluwwand. In 2014 is bij  Wetering een nieuwe waterberging aangelegd. Dit is een perfecte plek voor vogels om te foerageren en te broeden. Om de oeverzwaluwen een handje te helpen is er een oeverzwaluwwand aangelegd met 156 broedgaten. Het merendeel daarvan is ieder jaar bezet. Deze wand is te vinden bij vogelkijkhut, de Twitterhut. Zie Google Maps.

De oeverzwaluwwand, eigendom van Staatsbosbeheer, is geadopteerd door de vogelwerkgroep van IVN Noordwest-Overijssel. Aan het begin van het broedseizoen gaan de vrijwilligers daar met bootjes heen om de wand schoon te maken en vers zand aan te brengen in de gaten. De oeverzwaluwen graven hierin zelf weer een nest om hun eieren in te leggen. Zie voor een foto en het verhaal op deze site van de Stentor.

In deze post  schreef ik over de waterstand die bewust naar beneden is gebracht om grazende ganzen te weren zodat riet en andere moerasplanten de kans krijgen om te herstellen.  Op onderstaande foto kun je zien dat het waterpeil rechts van de wand laag is. Het waterpeil links van de wand is hoog gebleven.

Deze oeverzwaluwwand is in een uitvoering die we in ons land veel tegenkomen. Maar deze wand heeft wat extra’s, het is namelijk voorzien van een gedicht. Dit gedicht is geschreven door Heleen Bosma, dichteres van Overijssel in 2013 – 2015. Het gedicht luidt als volgt:
Vederlicht is onze ziel
van dons en zijdezacht
wij zijn een stipje in het zwerk
een knipoog naar de zwaartekracht.

Het was er niet zo druk als in april 2019. Zie mijn vorige weblog.  De enige bezoekers hadden zich voornamelijk in het achterste gedeelte genesteld.