Eendenkooi, de Kooi van Pen (4)

Vandaag wandelen we verder in de eendenkooi, de Kooi van Pen.

We kwamen uit bij een aanlegsteiger. De boot kwam net aanvaren. Op deze plaats vond de wisseling van de groepen plaats. De ene groep stapte uit de boot en ging te voet verder. Wij stapten in de boot en vervolgden de excursie vanaf het water.

Tijdens de wisseling van de wacht had de kooiker een moment van rust. Daarbij werd de pijp aangestoken.

Op de boot zat ik op het voorste bankje. Zo had ik ruim zicht. Erika, staand op de voorplecht, was vanaf dat moment onze gids.

In de Kooi van Pen komen otters voor. Deze kooi was de eerste plek in Nederland waar in 2002 waar de eerste drie otters, voorzien van zenders, zijn uitgezet. Tijdens de jarenlange herintroductieprogramma werd er in de eendenkooi vele plassen en vaarten uitgebaggerd. Verder werd er door gewijzigde waterinlaat de kwaliteit van het water optimaal. De otter is onder water een oogjager en helder water is noodzakelijk om een vis te achtervolgen. Na de eerste uitgezette otters in de Kooi van Pen volgden er meer uitzettingen van visotters vanuit het buitenland (31 in totaal) in andere gebieden in Nederland. Nu 19 jaar later leven er in Nederland ca 450 otters en hiermee is de status van levensvatbare populatie bereikt.

Zoals ik al eerder heb geschreven wordt deze eendenkooi onderhouden door een grote groep vrijwilligers. Het doel is om de eendenkooi als cultureel erfgoed te onderhouden. Daarnaast wil men door goed landschapsbeheer de biodiversiteit terugbrengen in dit gebied. Het gebied waar de grote vuurvlinder zich thuisvoelt.

Hieronder volgt een stukje geschiedenis over de Kooi van Pen. In dat verhaal wordt ook duidelijk hoe de groep vrijwilligers tot stand is gekomen.

De oprichter en kooiker Jan-Harmens Pen werd opgevolgd door zijn zoon Harm-Jans Pen en later door kleinzoon Jan Pen. In Tweede Wereldoorlog is de Kooi van Pen verkocht aan het rijk in het kader van de grootschalige inpoldering die gepland stond voor heel Noordwest Overijssel. In die tijd werd kooiker Jan Pen geholpen door Joost ter Meer, die later als kooiker de eendenkooi pachtte van Staatsbosbeheer. Joost ter Meer was een oom van mij. Dat was de reden dat ik als kind tijdens excursies voor familie en vrienden al in de eendenkooi kwam.

Joost ter Meer werd opgevolgd door Wim ten Klooster. Wim was in dienst van Staatsbosbeheer en pachtte de eendenkooi. Hij combineerde het werk bij Staatsbosbeheer met het werk binnen de eendenkooi. Vanwege andere prioriteiten binnen Staatsbosbeheer moest hij zijn werk als kooiker stoppen en kon alleen hobbymatig zijn werk blijven doen in de eendenkooi. In 2008 is Wim ten Klooster als officieel kooiker en pachter van de eendenkooi gestopt. In die tijd waren er nog maar weinig vangsten in de overgebleven 7 vangpijpen. Voor 1 persoon waren de 5 kooiplassen met 18 vangpijpen niet meer te onderhouden als hobby. 

In 2004 is er een vrijwilligersgroep gevormd om de eendenkooi te behouden als cultuurhistorisch monument.  Onder leiding van de kooiker Wim ten Klooster werden de vrijwilligers van 2004 t/m 2007 opgeleid voor het onderhoudswerk in de eendenkooi.
Na het stoppen van de kooiker werkten de vrijwilligers zelfstandig aan de onderhoudswerkzaamheden met ondersteuning van Staatsbosbeheer. De vrijwilligersgroep is sinds 2010 als officiële vrijwilligersgroep van Staatsbosbeheer, de terreineigenaar van de Kooi van Pen.  In overleg met Staatsbosbeheer worden de werkzaamheden afgestemd die in de eendenkooi moeten plaatsvinden. 

Door het steeds groter worden van de groep vrijwilligers is het noodzakelijk geworden de werkzaamheden groepsgewijs uit te voeren en dit vroeg om meer aansturing en professionalisering. Een gevolg hiervan is dat in 2015 de ‘Stichting Vrijwilligersgroep Kooi van Pen’ is opgericht.  Bron is deze site.

Eendenkooi, de Kooi van Pen (2)

Vandaag gaan we verder met de serie over de eendenkooi. Joke, een van de volgers, schreef in een reactie in deel 1: ‘Ben heel nieuwsgierig want 100% snap ik dat niet’. In de volgende delen over de eendenkooi hoop ik duidelijk te maken wat de functie van een eendenkooi is en hoe het vangen van wilde eenden in zijn werk gaat.

Om het een en ander beeldend uit te leggen ging ik op zoek op internet. Daar vond ik een plattegrond van een eendenkooi. Hoe een eendenkooi er uitziet is afhankelijk van de streek waar de kooi ligt en het materiaal dat beschikbaar is. In principe zijn de volgende onderdelen op alle eendenkooien aanwezig. Bron is deze site.

  1. De vangpijp, een doodlopende sloot met een overkapping van beugels waarover een net is gespannen. De vangpijp wordt ook wel keel genoemd.
  2. De kooiplas, het centrum van de eendenkooi. 
  3. De sating, langs de rand van de kooiplas een plek waar overdag de eenden rusten en hun verenkleed onderhouden.
  4. De borst.
  5. Het kooibos. Het kooibos omsluit de eendenkooi en zorgt voor rust, broedgelegenheid en producent van het bouwmateriaal voor de eendenkooi.
  6. Het vanghokje. Aan het einde van iedere vangpijp staat het vanghokje waarin de eenden uiteindelijk gevangen worden.
  7. Kennel. Hier verblijven de honden van de kooiker.
  8. Het makhok. Hier worden de jonge eenden mak gemaakt en wennen hier aan kooiker en kooikerhond.
  9. Het kooihuisje, het huisje waar de kooiker zijn voer en materiaal opslaat.
  10. Het boothuis, hier ligt de roeiboot die gebruikt wordt bij het onderhoud van de kooi vanaf het water.
  11. Broedkorven. Nest gelegenheid voor de eenden van de makke stal.
  12. Observatiehut. Zicht op de plas zonder zelf gezien te worden.
  13. Het pomphuisje, vroeger werd het waterpeil op hoogte gehouden door een watermolen, tegenwoordig met een diesel- of electropomp.

Rond 1530 waren eendenkooien en kooikers heel normaal in Nederland. In de eendenkooien werden wilde eenden gevangen voor de consumptie. De eendenkooi was voor een boer toen een gemakkelijke en leuke manier om iets bij te verdienen, omdat eenden toen hoog geprijsd waren. Na de tweede wereldoorlog was er een omslag. Aan het boerenbedrijf werd veel meer verdiend dan aan het eenden vangen. En zo verdwenen er steeds meer eendenkooien.

Totaal zijn er nog ruim 100 eendenkooien in ons land. Er zijn nog maar een paar eendenkooien die ook daadwerkelijk in gebruik zijn. Hoewel tegenwoordig de meeste eenden gevangen worden voor onderzoek zijn er nog steeds eendenkooien die eenden vangen voor consumptie. De consument heeft liever een eend die gevangen is in een eendenkooi dan een eend die geschoten is met een schot hagel. Zie ook dit dit artikel uit 2015. Het gaat echter niet goed met de populatie wilde eenden in ons land. De discussie is dan ook of men wel moet blijven jagen op de wilde eend. Zie dit artikel.

Het jaar 2020 was het jaar van de wilde eend. In de afgelopen paar jaar is er onderzoek gedaan naar de afname van de wilde eend in ons land. In juli 2022 is het rapport met de uitkomsten gepubliceerd. Met name de kuikenoverleving blijkt in de afgelopen decennia gedaald. Op basis van historische gegevens lijkt het erop dat deze overleving zelfs is gehalveerd ten opzichte van de jaren 50 van de vorige eeuw. Ook in vergelijking met andere landen waar de populaties Wilde Eenden wel stabiel zijn, is de Nederlandse kuikenoverleving laag. Doorrekeningen met het populatiemodel bevestigen dat de kuikenoverleving bepalend is voor de ontwikkeling van de aantallen van de Wilde Eend in Nederland. Geen van de andere variabelen kon de afname van het aantal Wilde Eenden verklaren. Bron is deze site.

Na de algemene informatie over eendenkooien en de wilde eenden en de discussie over de jacht op wilde eenden richten we ons nu weer op de Kooi van Pen. Met 35 HA, 5 kooiplassen en 18 vangpijpen is deze eendenkooi een van de grootste van Europa. Deze eendenkooi is van Staatsbosbeheer en wordt onderhouden door vrijwilligers. Deze eendenkooi is niet bedoeld voor het vangen van wilde eenden voor consumptie. De volgende keer ga ik schetsen hoe het vangen van de wilde eenden in zijn werk gaat.

Wordt vervolgd.

Op de cover

Begin mei werd ik benaderd door Gabriëlle van LBL met de vraag of ze mijn foto van de hommel op de stokroos mochten gebruiken voor het zomernummer van Staatsbosbeheer. Ze had de foto op internet gevonden.

Het was een foto die ik gepubliceerd had op mijn oude weblog in de tijd dat ik de foto’s bij Photobucket onderbracht. Klik hier voor dat logje over de stokroos en de hommel. Jarenlang kon je bij Photobucket je foto’s gratis onderbrengen om ze vervolgens via een link te hosten op sites van derden. In eerdere jaren zijn er wereldwijd miljoenen foto’s bij Photobucket ondergebracht.  In juni 2017 introduceerde Photobucket stilletjes een jaarlijkse vergoeding van $ 399 om afbeeldingen in te sluiten. De foto’s gingen ‘op zwart’ totdat men ging betalen. Photobucket kreeg met die actie de hele wereld over zich heen. Men was niet bereid om zoveel geld te gaan betalen. Door alle opspraak plaatste Photobucket de foto’s terug, maar dan wel met een watermerk dwars over de foto’s. Zie ook deze site. Ik ben nooit tot betaling overgegaan.

Maar nu weer terug naar het verzoek van Gabriëlle. Ondanks dat er een groot watermerk op de foto staat wist ze de foto wel te vinden en te waarderen. Op haar verzoek mailde ik haar de originele foto.

De foto is gebruikt voor een artikel over de wilde bij. Het artikel gaat het over het belang van de wilde bij als bestuiver. Op de rode lijst van de Nederlandse bijen staat 55 procent van het totaal aantal wilde bijensoorten en dat is enorm veel. Het artikel is te lezen in de digitale versie. Klik hier voor het digitale magazine.

Ik vind het wel een interessant blad. De foto komt op het blad niet mooi naar voren. De kleuren zijn vaal. Jammer.

 

Vuurjuffer

Vanaf  de eekhoorn wandelden we verder. Ik heb nog wel naar boven gekeken maar geen eekhoorn kunnen ontdekken. We kwamen uit bij een bankje. Jan had al snel plaatsgenomen aan de ene kant van het bankje en ik zou net gaan zitten aan de andere kant toen ik een juffer zag zitten. Ik wees Jan op de juffer en we begonnen met het vastleggen van de juffer. Volgens Jan was het een vuurjuffer.

Ik had mijn macro-objectief meegenomen en begon eerst op afstand te fotograferen. Vervolgens kwam ik voorzichtig dichterbij de juffer in de hoop dat hij niet zou wegvliegen.

De vuurjuffer gedroeg zich voorbeeldig, we konden voldoende foto’s maken. Het was echter niet mogelijk om de juffer frontaal te benaderen want dan zou ik in de hulst moeten gaan zitten.

Speelbos Sparjebird, deel 2

Vandaag neem ik jullie weer mee naar Speelbos Sparjebird. Met de ogen goed open volgden mijn fotomaatje en ik de blinddoekroute…

We kwamen aan bij de bever.

De bever had een mooi begin gemaakt bij het bouwen van een burcht. De kinderen worden hier uitgedaagd om een eigen hut te bouwen van takken die op de grond liggen.

Vanaf de bever volgden we de voetstappen die op de boomstammen waren gezet. Het volgende houtsnijwerk was een uit de kluiten gewassen egel. Qua formaat was het een perfecte stoel voor Jan en daar maakte hij dan ook dankbaar gebruik van. Gelukkig voor Jan hadden ze bij het snijden van het hout de stekels achterwege gelaten…

Terwijl Jan zijn benen rust gunde struinde ik in de greppel en door de tunnel.

Na het rustmoment bij de egel vervolgden we onze weg en kwamen we aan bij de eekhoorn.

Gisteren besteedde ik aandacht aan de Dag van de Verpleging . Vandaag heeft Jan een post geplaatst waarbij hij in woord en beeld treffend heeft omschreven en aandacht besteed aan de corona-crisis en de werkers in de zorg. Tevens gaat Jan in die post terug naar 2006, het jaar waarin wij onze vijver aanlegden. Klik hier voor het verhaal van mijn fotomaatje.