Spinnenkopmolen ‘De Wicher’ is hersteld

Op 29 december maakte ik een fotorondje in onze omgeving. Na een grijze ochtend brak de lucht ‘s middags mooi open. Aan de Hoogeweg in De Weerribben maakte ik een stop om onderstaande foto te maken. Zie Google Maps.

Een paar honderd meter verder stopte ik bij spinnenkopmolen ‘De Wicher’. In december 2018 plaatste ik op mijn (oude) weblog een bericht over de afgebroken wiek van de spinnenkopmolen. De wiek was afgebroken door een rukwind tijdens een stormachtige dag op 8 december. Het herstel heeft een aantal jaren geduurd omdat deze onvoorziene uitgave niet uit het reguliere budget betaald kon worden.

Met bijdrage van de Stichting Nationaal Park Weerribben-Wieden, gemeente Steenwijkerland, het Buitenfonds, particuliere giften en Staatsbosbeheer kon de molen worden hersteld.

‘De Wicher’ aan de Hoogeweg is de enige spinnenkopmolen in Overijssel. Op de Overijsselse molendag op 10 september is de herstelde molen weer in gebruik genomen. Bron is deze site.

Weerbeeld op 29 december

Het is te zacht voor de tijd van het jaar. Helaas gaat dat vaak gepaard met grijs weer en neerslag. Vanmiddag hadden we geluk. De bewolking brak open en de zon liet zich zien. Voor mij was dat het moment om er op uit te gaan. Beweging zou me goed doen…

Op tweede kerstdag is het mij namelijk in de rug geschoten. Dat betekent dat er een of meerdere wervels uit het lood zijn en weer op de plaats moeten worden gezet. Helaas is de praktijk van mijn therapeut deze week gesloten. En dit gebeurt net tijdens mijn vrije week of juist dankzij mijn vrije week. Van mijn therapeut moet ik wel in beweging blijven en dat doe ik dan ook zoveel mogelijk.

Een boslaan.

Fascinerend om te zien hoe het samenspel van zon en wolken ieder moment weer een ander beeld geeft.

Merel neemt een ijsbad

Tijdens de winterse dagen was het zaak om goed voor de vogels te zorgen. Er was voldoende voer aanwezig. Het ijs in de vogeldrinkbak werd regelmatig vervangen door lauw water. De meeste vogels gebruikten het als drinkwater. Maar ondanks de kou nam de merel een uitgebreid bad. Op dat moment begin het water al weer te bevriezen. Het ijswater spetterde alle kanten op.

Een zonneharp en zonsondergang

Onderstaande serie had ik nog in mijn archief. Deze serie maakte ik aan het einde van de dag waarop Jan en ik diverse kerken hadden bezocht. Het laatste dorp wat we op die dag bezochten was Jorwerd. Zie deze serie. Vanuit Jorwerd reden we via binnenwegen terug naar het huis van Jan en Aafje. In de buurt van Grou heb ik de auto aan de kant van de weg geparkeerd zodat we in alle rust een aantal foto’s konden maken van de mooie zonneharpen.

Onze volgende stop was in de buurt van Goëngahuizen.

Terwijl we onze weg vervolgden hadden we geen zicht op de ondergaande zon, want deze hadden we achter ons. Dat was voor mij een reden om een afslag te nemen naar links zodat we wellicht beter zicht kregen op de lucht en de ondergaande zon. We waren aangekomen bij It Eilân. We parkeerden de auto en liepen min of meer op een drafje naar de brug. Want als de zon eenmaal zakt dan gaat het rap.

Vanaf de brug hadden we wel een prachtig uitzicht, maar geen zicht op de ondergaande zon.

Daarvoor moesten we verder wandelen naar het eiland. Daar vonden we een plekje waar we de zon zagen ondergaan.

Het was misschien niet de ideale plek en geen spectaculaire zonsondergang toch vonden we dit een mooie afsluiting van een geslaagde dag.

De verloren schaatsen…

Na de fotosessie bij het monument ‘De Schaatser’ reden Jan en ik door het centrum van Sint Jansklooster. Voorbij het dorpje sloegen we linksaf richting Beltschutsloot. In de buurt van Beltschutsloot zagen we veel schaatsers op het ijs. Ik parkeerde de auto aan de kant zodat we daar foto’s konden nemen. Het eerste wat opviel waren de klompen. In deze streek is het niet ongebruikelijk om op klompen te lopen. Bij natuurijs worden de schaatsen ondergebonden en de klompen blijven achter op de oever…

Het ijs was op die bewuste vrijdag nog helemaal niet betrouwbaar. Toch trokken velen zich daar niets van aan en gingen het ijs op. Schaatsen op ondergelopen land is nog tot daaraan toe, maar deze foto’s zijn gemaakt bij een doorgaande diepe vaart.

Natuurijs geeft een vorm van gekte. Vanochtend sprak ik erover met iemand die al bijna haar hele leven aan het water woont. Als er een paar schaatsers (red. waaghalzen) zich op het ijs wagen dan denken anderen dat het vertrouwd is. En zo krijg je het zogenaamde sneeuwbaleffect. Een enkeling heeft Ice Spikes (ijspriemen) om de nek hangen. Als men door het ijs zakt en men heeft nog de tegenwoordigheid van geest dan kan men met behulp van deze priemen uit het wak komen.

Groot was de verontwaardiging van Jan en mij toen we mensen met kleine kinderen op het ijs zagen. Dat een volwassene onverantwoord gedrag heeft dat is tot daaraan toe, maar dat ze ook de kinderen daarin meeslepen dat vind ik absurd. Ook dat kwam ter sprake in het gesprek wat ik vanochtend had. Zij ventileerde dezelfde verontwaardiging. Zij heeft mensen daar wel op aangesproken, maar dan werd er niet naar haar geluisterd. Jammer!

En dan nu het verhaal van de ‘Verloren schaatsen’ zoals de titel aangeeft. Er kwamen drie mannen aan schaatsen. Een van de mannen kwam te vallen. De buiteling heb ik niet kunnen fotograferen, maar wel het moment dat de man beduusd op het ijs zat. Wat was er nu gebeurd? Hij was zijn beide schaatsen verloren en die lagen naast elkaar pakweg zes meter terug. De schaatsen waren finaal onder de schoenen vandaan geknapt. Bijzonder is dat het met beide schaatsen tegelijk gebeurde. Dan mag je ook wel beduusd kijken. Er zat voor deze mannen niets anders op dan weer terug te gaan naar de auto. Een geluk bij een ongeluk was dat ze nog maar net aan hun tocht waren begonnen en dat de auto dichtbij stond. Een typisch voorbeeld van materiaalmoeheid…

Voor Jan en mij was het mooi geweest. Na deze laatste stop stapten we in de auto om terug te rijden naar huis daar waar de houtkachel brandde en de koffie wachtte.

De Schaatser

Tijdens de koffie herinnerde Jan mij eraan dat ik hem nog een keer zou meenemen naar het monument ’De Schaatser’. Dat leek me een goed plan op die bewuste winterdag. Tijdens de koffie konden we nog niet bevroeden dat we, op weg naar ‘De Schaatser’, ook echte schaatsers in De Weerribben zouden vastleggen. Het schaatsen op natuurijs was niet verantwoord, toch lieten velen zich er niet van weerhouden om de ijzers onder te binden.

Na de fotosessie in De Weerribben…

… reden we via Wetering, Nederland, Blokzijl, Moespot en de Leeuwte naar Sint Jansklooster. Jan had de fotoserie gezien die ik in augustus 2022 van het monument maakte, maar toen we eenmaal bij het monument stonden was hij onder de indruk hoe kunstig dit beeld is gemaakt. Het kunstwerk is namelijk gemaakt van kleine schaatsjes, de zogenaamde Friese doorlopers. Albert Weijs, woonachtig in Sint Jansklooster maakte dit kunstwerk.

‘De Schaatser’ is een ode aan Evert van Benthem, van Benthem, geboren in Sint Jansklooster, won in 1985 en in 1986 de Elfstedentocht. In 1985 ontdekte Van Benthem na de finish dat er er een stuk ijzer uit zijn rechterschaats was gebroken. Ook dat heeft de kunstenaar terug laten komen in het kunstwerk. Door het grijze weer waren enkele foto’s al min of meer zwart/wit geworden. Ik heb toen maar besloten om ook andere foto’s om te zetten naar zwart/wit.

Wordt vervolgd.

Schaatsers op een grijze dag

Afgelopen week hadden we prachtig winterweer. Er lag een mooi ijsvloertje, er was rijp en het zonnetje scheen. Het kon niet mooier. Omdat ik tijdens die mooie dagen moest werken kon ik er niet op uit om te fotograferen. Ik had al mijn hoop gevestigd op de vrije vrijdag en de geplande fotodag samen met Jan.

Het pakte echter op deze vrije vrijdag heel anders uit dan ik me had voorgesteld. Van prachtig zonnig winterweer was geen sprake. De intredende dooi en een dicht wolkendek gooide roet in het eten. Toch zijn Jan en ik wel samen op stap gegaan. Via binnenwegen kwamen we aan in De Weerribben. Tot onze verbazing werd daar ondanks de dooi wel geschaatst. Het is altijd bijzonder om te zien wat natuurijs met mensen doet. Of het nu wel of niet verantwoord is, sommige mensen ‘moeten’ schaatsen. Het kostte nogal wat moeite om op het ijs te komen. Een enkeling haalde al een nat voetje voordat de tocht was begonnen.

Terwijl we daar stonden te fotograferen was er ook een journalist van De Telegraaf aanwezig. Hij maakte foto’s en stelde vragen aan de schaatsers. De schaatsers kwamen van heinde en ver om hier te gaan schaatsen. Zijn hamvraag was: ‘Wat bezielt je om hier te gaan schaatsen op onbetrouwbaar ijs?’ Een schaatser noemde het schaatskoorts wat te vergelijken is met verliefdheid. Ook dat kun je niet tegenhouden…

Ik houd altijd mijn hart vast, als er maar geen mensen door het ijs zakken en er geen slachtoffers vallen…

Nadat we genoeg hadden genoten van de schaatsers, de verhalen en de gezelligheid en we voldoende foto’s hadden genomen vervolgden we onze weg…

De kerktoren van Eagum

Een paar weken geleden was ik te gast bij mijn fotomaatje, Jan in Fryslân. We besloten om een ritje te maken langs enkele oude Friese kerken en torens. Ik had de avond daarvoor wat voorwerk gedaan en een aantal kerken/torens opgezocht op internet. En zo koersten we na de koffie als eerste naar de kerktoren in Eagum. Het zal door de witte kleur komen dat het torentje zo in het oog springt. Het is een baken in het vlakke Friese landschap. Waarom er alleen nog een toren staat en geen kerk heeft Jan op zijn weblog beschreven. Klik hier voor de geschiedenis van deze toren.

Jan en ik wandelden over het kleine kerkhof. Op Google Maps is goed te zien hoe klein deze begraafplaats is. Er zijn nog hele oude grafstenen waarbij de tekst nog amper is te lezen. Verder was er een grafsteen die bijna tot kunst is verheven. De steen met de tekst ‘Ta oantinken…myn leave frou…’ (In herinnering… mijn lieve vrouw…)

Ruim 50 jaar geleden heeft het Bittergenootschap Frisia van de Groninger studentenvereniging Vindicat bedacht dat de kerktoren van Eagum in het midden van de wereld staat. En voor wie het niet gelooft… “Eagum leit midden yn e wrâld. Sân tredden van e toer dêr is it middelpunt. Dy`t net leauwe wol kin it neitrêdzje.” (Eagum ligt in midden in de wereld. Zeven stappen vanaf de toren is het middelpunt. Wie het niet gelooft kan het narekenen.)

Met een gedenksteen, direct naast de toren, en een herinneringstegeltje wordt die plek gemarkeerd. Dat deze plek en de Groninger studenten een speciale band hadden bleek wel uit het feit dat elk jaar, tijdens de introductieweken, deze plek door de studenten werd bezocht. Op de tegel staat: 7 hoanestep fen en toer 7 – 10 – 1972 (7 hanenstappen van de toren…). Onlangs heeft de Vereniging hier bij de toren haar 185-jarig bestaan gevierd. De plaquette op de laatste foto herinnert daaraan.

Nadat we een rondje over het kerkhof hadden gemaakt wandelden we nog wat verder door deze kleine buurtschap. Buiten Eagum zette ik de auto nog even in de berm. Daar hadden we zicht op een klein stukje skyline van Leeuwarden. Op de foto is o.a. de Achmeatoren te zien. Nog een laatste blik op de toren zonder kerk van Eagum en toen vervolgen we onze weg…

Waterloopbos (5)

Vandaag neem ik jullie voor de vijfde en laatste keer mee naar het Waterloopbos. Ik had er al een fikse wandeling opzitten en was inmiddels weer in de buurt van de parkeerplaats. Ik bedacht me op het laatste moment dat ook de Deltagoot nog wilde meepakken.

De Deltagoot is in 1980 in gebruik genomen als proeftuin voor de stormvloedkering in Zeeland. Door water in grote golven tussen de betonnen wanden te laten bulderen, werd de kracht van de pijlers getest. Ook de constructies van bijvoorbeeld olieplatforms en windmolens in zee zijn er getest. Tot 2015 is de goot gebruikt. Het is de laatste plek in het Waterloopbos waar waterstaatkundige proeven zijn gedaan. Op deze site kun je historische foto’s en filmpjes zien van de Deltagoot. De functie van deze oude Deltagoot werd overgenomen door een nieuwe testgoot in Delft, bij het instituut Deltares. Zie dit filmpje op YouTube.

In 2015 werd de Deltagoot cadeau gedaan aan Natuurmonumenten. Natuurmonumenten besloot er een kunstwerk van te maken. Via de Rijksdienst voor Cultureel Erfgoed (RCE) kwam Natuurmonumenten bij Atelier de Lyon | RAAAF terecht. De betonnen bak van 240 meter lang werd uitgegraven. Delen van de wand zijn uitgezaagd en er dwars op de wand teruggezet. Door het uitgraven is er ook water rondom de goot gekomen. Dat geeft een fraaie weerspiegeling van de betonnen delen. Zodat het geheel nog imposanter lijkt.

Op deze site staat het volgende geschreven… Deltawerk// bevraagt het streven naar onverwoestbaarheid en is een experiment in actieve ruïne-vorming. Net als het doorgezaagde Rijksmonument Bunker 599 is het een pleidooi voor een radicaal andere omgang met cultureel erfgoed. Door dit kolossale monument van de Nederlandse strijd tegen het water uit te graven komt dit “Deltawerk op schaal” zelf in het water te staan. De reusachtige omvang van de experimenten wordt hierdoor ervaarbaar voor het publiek. Bij afwezigheid van de golven wordt de allesverwoestende kracht van het water invoelbaar gemaakt door grote blokken uit de betonnen muren te zagen, 90 graden te draaien en te kantelen. Er ontstaat een nieuw ritme van vallende platen. Deze doorsnijdingen openen het kunstwerk richting de andere testmodellen in het Waterloopbos. De zwaarte van het werk wordt een fysieke ervaring doordat de bezoeker onder de massieve blokken over het water kan lopen. Eenmaal binnen wordt men geconfronteerd met een groots perspectief op de leegte tussen de platen. Ontwerpers: Atelier de Lyon | RAAAF.

De zon zakte steeds verder en ‘dreigde’ bijna achter de bomen te verdwijnen. Als ik de Deltagoot nog in het zonnetje zou willen fotograferen dan was het zaak om door te stappen. Toch bleef ik wat langer stilstaan bij het volgende tafereeltje. Twee mannetjes en een vrouwtje wilde eenden dobberden in het water naast de Deltagoot. Ik concludeerde dat het een paartje was met een mannetje teveel. Naar het idee van het ene mannetje kwam de concurrentie te dichtbij. Hij joeg het mannetje er vandoor. Een heuse achtervolging was het resultaat. Toen hij de concurrent, naar zijn idee, ver genoeg had verdreven keerde hij zich om en zwom hij terug naar zijn vrouwtje. Het verdreven mannetje kwam echter net zo snel weer achter hem aan voegde zich weer bij het tweetal.

Het kunstwerk, Deltawerk// is een mooi object voor fotografen. Maar ook wandelaars nemen er graag een kijkje. De drie dames kwamen een fotograaf tegen die ze toevallig kenden. De fotograaf was bezig met foto’s maken voor een fotowedstrijd, zo hoorde ik toen ik er langs liep.

Nog een laatste blik op het kunstwerk tegen de ‘gouden’ bomen en op de ondergaande zon. En tot slot nog een kijkje binnenin de goot die deels beschenen werd door de laatste zonnestralen op die prachtige herfstdag.

Waterloopbos (4)

Na de mooie wandeling door een kleurrijk bos en langs de oude waterwerken in het Waterloopbos kwam ik aan bij een heel ander gedeelte. Een groter contrast was haast niet denkbaar. Ik was aangekomen bij een gedeelte wat gerestaureerd was. Strakke lijnen en kil beton vormden het beeld. In de afgelopen jaren heeft men de modelplaats, de Maasvlaktecentrale gerestaureerd…

De Maasvlaktecentrale is één van de vele modelplaatsen van het voormalig Waterloopkundig Laboratorium De Voorst en vertelt een deel van de unieke geschiedenis van het bos. Het schaalmodel deed dienst voor onderzoek naar de koelwatervijver van de destijds nog aan te leggen elektriciteitscentrales op de Maasvlaktecentrale. Natuurmonumenten heeft dit model in het Waterloopbos gerestaureerd om het te behouden voor de toekomst.

Begin jaren 70 van de vorige eeuw is op de modelplaats Maasvlaktecentrale door de ingenieurs van het Waterloopkundig Laboratorium onderzoek gedaan naar de koelwatervijver van de nog te bouwen energiecentrales. Het onderzoek richtte zich vooral op de stroomsnelheden van het koelwater en op de stabiliteit van de bodembekleding van de koelwatervijver. De situatie in Rotterdam werd in het Waterloopbos op schaal nagebouwd en de beoogde stortstenen bodembekleding van de koelwatervijver werd op stabiliteit onderzocht. Uit het onderzoek bleek dat er in de vijver aanzienlijke wervelingen ontstonden. Daarom werd besloten de bekleding van de koelwatervijver veel zwaarder uit te voeren dan vooraf gedacht. Bron is deze site.

Hoe mooi de restauratie ook is uitgevoerd, ik vond de ruïnes van het oude model vele malen mooier. Volgens de berichtgeving worden er in totaal tien waterloopkundige modellen gerestaureerd. In 2018 is de Deltagoot al omgevormd tot het kunstwerk Deltawerk en in 2019 is de Golfbak gerestaureerd. Al deze stappen zijn onderdeel van de uitvoering van de Ontwikkelagenda Waardevol Waterloopbos 2016-2026. Persoonlijk vind ik het er niet mooier op worden. Geef mij maar de restanten zoals op onderstaande foto’s…